Wat is een stad zonder rivier of een mooie grote oude kerk? Gelukkig heeft Nijmegen beide, de Waal met een geschiedenis uit prehistorische tijden, ‘en het water dat al eeuwen naar het Westen stroomt’ en ‘dood zijn de tobbers gegaan bij honderden en honderden millioenen die het water hebben zien stromen’ zie Nescio, De Uitvreter. En de Stevenskerk met een geschiedenis die teruggaat tot Romeinse tijden. Hierover valt eindeloos veel te vertellen maar de liefhebbers van feiten en historie weten dat ook zelf allemaal wel te vinden. Wat moeten we trouwens met die hele zogenaamde geschiedenis die vaak niet meer dan een grote vervalsing blijkt, een groot bedrog met hoogstens af en toe een kloppend jaartal. Mij gaat het geloof ik toch veel meer om wat ik zelf met de mensen en de dingen heb beleefd.
De Stevenskerk ken ik pakweg een jaar of veertig, woonde met vrienden en honden met namen als Hak, Lub, de Koek, Lia en de Kaai plus nog een zootje ongeregeld dat af en toe aanwipte of gewoon een tijdje bleef hangen op de Hendrikhof, vlakbij Plein 44, midden in het centrum. Vlakbij alles wat ertoe deed, Kronenburgpark, Valkhof en Hummerpark, de Waalkade, de hele historische benedenstad, de Waag en dus ook de Stevenskerk met alles eromheen. Het was in de tijd van de Piersonrellen die zich achter en gedeeltelijk in ons Hofje afspeelden. De tijd ook van dat ons Hofje ieder weekend werd volgepist, ondergekotst, ondergescheten, en dan niet alleen tijdens het geweldige Vierdaagsefeest dat natuurlijk naast een sportevenement een groot vreet-, zuip- en neukfestijn was. Soms werd op ons hofje een auto in de fik gestoken, werden deuren vernield of werd er gewoon door de brievenbus gepist of gekakt. Gelukkig kwamen iedere maandagochtend mannen van de Gemeente in plastic pakken en een tankauto met lysol het hele hofje grondig reinigen. Mooie tijden, ondanks alle smerigheid en ellende.
Vandaag, Koopzondag, jawel, 24 juni 2018, moet mijn vrouw naar het Stoffencirkus op zoek naar lappen, stoffen, band, naalden of iets van dien aard waar overigens ons huis al vol van ligt en van vergeven is. Vandaag ben ik solidair en rij fijn met haar mee zodat ik de Stevenskerk sinds lang weer eens kan bekijken. We parkeren op de Waalkade, onder de Sint Anthonispoort, via de Noorder Kerktrappen. De kerk doemt dan altijd zo mooi voor je op. Mijn vrouw gaat de markt op, ik zie dat het schijtdruk is in de stad, terrassen zitten bomvol. Er moet ook flink gekocht en geconsumeerd worden want dat is goed voor de economie volgens velen. We spreken af over anderhalf uur hier voor de Waag. Ik loop onder de poort door, op het kerkplein is het opvallend rustig en leeg, wat een contrast met zojuist. Voor de hoofdingang ga ik terug in de tijd. Het bordes waarop ik nu sta confiskeerden Joo & Joo, het min of meer komische duo dat ik zo’n 35 jaar vormde met mijn vriend Don, een jaar lang iedere maandagochtend om onze acts op te voeren. Meestal bestaand uit een hoop serieuze flauwekul en ongein met het publiek dat eigenlijk kwam voor de antiek-, ook wel rommelmarkt. Zelf hadden we er veel schik in, sommige mensen ook wel, we hadden op den duur een soort van eigen publiek. Mooie nummers en sketches zijn hier geboren. Los van de Pot, sketches met modder, bananen, een massagetafel of een toespraak door een als Romeinse Keizer verklede Joo. Waar kun je beter spelen dan voor of in een oude Kerk waar alles sowieso om het Grote Spel van Illusie en Transformatie gaat.
Met deze gedachten loop ik naar binnen, alles is er nog, ben opnieuw nooit weg geweest, nog even oud, schilferig, prachtig, sober en indrukwekkend tegelijk, vooral die vloeren met alles erop, erin en eronder. Zoals altijd eerst maar een gesprek met deze en gene, Wilma van de receptie, andere vrijwilligers en suppoosten op hun vaste plekken of in de koffie- en theehoek of met een verdwaalde student met een enorme bos gitzwart haar die ik vraag voor op de foto. Gesprekken over het leven, weemoed, verlangen, religie en de dood en allerlei andere alledaagse wissewasjes. Ik ben net op tijd terug op de...
Read moreLooking at the size of this church, one would imagine that it would be difficult to keep in good shape, but its imposing form looks so impressive from both the outside and inside.
At the entrance, you can borrow a guide to the layout and features of the church, available in a wealth of different languages. There is also a booth with a presentation on the history of the church (commentary in Dutch, English, German) that was as impressive as much as it was informative.
One volunteer was even so kind as to feed my curious nature by inviting me to see some of the rooms underneath the church (and observe the inside of the tomb of Catherine of Bourbon), whilst also answering questions relating to the history of the church during its religious changes.
If you are visiting Nijmegen, it is worth taking a look inside to better understand the city’s history, as well as exploring a key part of...
Read moreEen vooral aan de buitenkant fraaie kerk met bijzondere versieringen. Kom je binnen dan heeft het niets van een basiliek of dom, weg alle historische versierselen, een kale evenementenruimte, gelukkig dat er nog kroonluchters hangen en fraaie ramen. Jammer dat het allemaal gebeurd is en vaak overal, kerken moesten kaal zijn in dit calvinistische land. Rond de middeleeuwen zijn fraaie kerken ontstaan, vervolgens kwamen de godsdienstoorlogen, de oranjes waren protestant geworden en iedereen moest dat dan. De beeldenstorm zorgde ervoor dat alle historische schoonheden en waardevolle herinneringen afgebroken en weg gepleisterd moesten worden. De geschiedenis van deze grote of St. Stevenskerk gaat terug tot de zevende eeuw. De stichting van de kerk hangt mogelijk samen met de kersteningscampagne van bisschop Kunibert van Keulen in de zevende eeuw. Nadat Nijmegen in 1247 in pand was gegeven aan graaf Otto II van Gelre, werd de Gertrudiskerk, de oudste parochiekerk in Nijmegen en de voorloper van de Stevenskerk, om strategische redenen verplaatst van het Kelfkensbos naar de huidige locatie, de Hundisburg. De huidige kerk werd in 1273 gewijd door Albertus Magnus. Bestuurlijk viel de Stevenskerk onder het gezag van het kapittel van de Apostelenkerk in Keulen. De kerk was lange tijd de enige parochiekerk in de stad. Het gebouw werd in de dertiende tot zestiende eeuw herhaaldelijk uitgebreid, onder andere met een indrukwekkende kooromgang. In 1475 verleende paus Pius IV toestemming voor de oprichting van een eigen kapittel in de Stevenskerk. In 1591 werd de kerk definitief protestants, afgezien van een katholiek intermezzo rond 1670. De in 1469 overleden Catharina van Bourbon is in de Sint-Stevenskerk begraven. Op kosten van haar zoon Karel van Gelre is een grafmonument opgericht dat vandaag de dag nog te bezichtigen is. In 1810 wordt bij Koninklijk Besluit de kerk eigendom van de Hervormde Gemeente; de burgerlijke gemeente houdt de toren in eigendom (tot heden ten dage) in verband met de verdedigingswerken van de stad. In de hierop volgende periode raakt de kerk in een steeds ernstiger staat van verval. De kerk werd zwaar getroffen bij het bombardement van 1944, maar werd tot 1969 heropgebouwd. In 2001 kreeg de kerk twee glas-in-loodramen van Marc Mulders, getiteld Pelikaan en Stigmata. Tegenwoordig wordt het gebouw vooral gebruikt voor wekelijkse oecumenische kerkdiensten, orgelconcerten op het befaamde Königorgel, tentoonstellingen, activiteiten van studentenverenigingen en oraties. De Stevenskerk is voor...
Read more